Iedereen die in Nederland woont of werkt, heeft recht op zorg uit het basispakket. Dit is geregeld in de Zorgverzekeringswet (Zvw). In de Zvw staat welke zorg verzekerd is. Dit is het basispakket. Zorgverzekeraars voeren de Zvw uit voor hun verzekerden. Zorgaanbieders moeten ervoor zorgen dat deze zorg van goede kwaliteit is.
Solidariteit is de basis van de Zorgverzekeringswet
Het Nederlandse zorgstelsel is gebaseerd op solidariteit. Dat wil zeggen dat iedereen recht heeft op dezelfde en betaalbare zorg uit het basispakket van de zorgverzekering. Het maakt daarbij niet uit hoe gezond u bent, hoe oud u bent en hoe u leeft. Iedereen betaalt mee aan de zorg via premies en belastingen.
Zo betaalt u mee aan de kraamzorg voor jonge moeders. Of aan de kosten van specialistische zorg die oudere mensen vaker nodig hebben. Maar dat geldt andersom ook. Jonge moeders en ouderen betalen ook mee voor uw zorg die zij niet nodig hebben.
Zorg kan bestaan uit:
een behandeling, zoals een operatie, fysiotherapie of een vruchtbaarheidsbehandeling
een dienst, zoals kraamzorg of vervoer, of
een product, zoals een prothese of een hulpmiddel voor doven en slechthorenden.
Uitgangspunten van de Zorgverzekeringswet
Iedereen heeft dezelfde rechten en plichten. Daarom heeft de Zvw de volgende uitgangspunten:
In het basispakket zit de verzekerde zorg waar iedereen recht op heeft. De overheid bepaalt welke zorg er in het basispakket zit en welke voorwaarden voor deze zorg gelden. De inhoud kan jaarlijks veranderen.
Als u in Nederland woont of werkt, bent u verplicht om een zorgverzekering te hebben. Daarmee hebt u toegang tot de zorg die in het basispakket zit.
U mag zelf uw eigen zorgverzekeraar kiezen. U bent ook vrij om te kiezen tussen de verschillende zorgverzekeringen die deze zorgverzekeraar aanbiedt.
Als u een zorgverzekering afsluit, dan geldt die voor maximaal een jaar. Aan het eind van elk jaar kunt u veranderen van zorgverzekeraar, zorgverzekering of zorgpolis. Deze nieuwe zorgverzekering gaat dan 1 januari van het volgende jaar in.
Zorgverzekeraars zijn verplicht iedereen te accepteren. Het maakt daarbij niet uit hoe gezond u bent, hoe oud u bent en hoe u leeft.
Door de acceptatieplicht kan een zorgverzekeraar hogere zorgkosten krijgen als hij naar verhouding meer verzekerden heeft die veel zorg nodig hebben. Deze zorgverzekeraar ontvangt dan een financiële bijdrage vanuit het algemeen zorgverzekeringsfonds. Het geld uit dit fonds komt onder meer van zorgverzekeraars die bijvoorbeeld veel jonge en gezonde verzekerden hebben. Zij hebben meestal minder zorg nodig dan gemiddeld.
Deze bijdrage uit het zorgverzekeringsfonds zorgt ervoor dat het risico dat zorgverzekeraars lopen verdeeld wordt over alle zorgverzekeraars. Dit principe heet risicoverevening.
Uw gezondheid, uw leeftijd en uw inkomen hebben geen invloed op de premie van uw zorgverzekering. Uw persoonlijke situatie maakt dus niet uit voor de hoogte van uw premie.
Dat wil niet zeggen dat iedereen dezelfde premie betaalt. Welke premie u betaalt hangt af van de zorgverzekeraar en uw polis. Maar iemand die dezelfde verzekeraar en polis als u heeft, betaalt dezelfde premie als u.
Een zorgplicht betekent dat een zorgverzekeraar moet zorgen dat de zorg die in het basispakket zit, beschikbaar is voor al zijn verzekerden. De zorgverzekeraar moet er bovendien voor zorgen dat de zorg van goede kwaliteit is en dat iedereen op tijd en binnen redelijke afstand de zorg krijgt die nodig is.
Het basispakket
In het basispakket zit de verzekerde zorg waar iedereen recht op heeft. Het basispakket is geen uitgebreide lijst met behandelingen, producten of diensten die vergoed worden. Maar er zijn criteria en voorwaarden beschreven waaraan zorg moet voldoen om vergoed te worden.
De zorg moet aan deze voorwaarden voldoen:
Het gaat om zorg zoals de beroepsgroep die pleegt te bieden. Met 'plegen te bieden' wordt de zorg bedoeld die de beroepsgroep rekent tot de zorg die zij aanbiedt en welke niet. Daarnaast wordt de zorg gegeven op een manier die de beroepsgroep als professioneel juist beschouwt. Wat hieronder valt, hebben zij in richtlijnen en standaarden vastgesteld. Lees meer in het rapport 'Betekenis en beoordeling criterium 'plegen te bieden'.
Zorg uit het basispakket moet voldoen aan de ‘stand van de wetenschap en praktijk’. Dat betekent dat de zorg ook op langere termijn veilig is en werkt. Daar moet zo goed mogelijk bewijs voor zijn. Het liefst uit (wereldwijd) wetenschappelijk onderzoek. De ‘stand van de wetenschap en praktijk’ wordt per aandoening, ziekte of diagnose bepaald. Het Zorginstituut heeft daarvoor het stappenplan ‘Beoordeling stand van de wetenschap en praktijk’ opgesteld. Zo bepalen de zorgverzekeraars en het Zorginstituut altijd op dezelfde manier bepaald of een behandeling of een hulpmiddel vergoed wordt uit basispakket. Lees meer in het rapport ‘Beoordeling stand van de wetenschap en praktijk’.
Iemand moet ‘redelijkerwijs aangewezen zijn op zorg’. Dit bepaalt de zorgverlener door de gezondheidsproblemen in kaart te brengen. Daarnaast bespreekt de zorgverlener de woon- en sociale situatie en de mogelijkheden van de patiënt: hoe weerbaar en zelfredzaam is iemand, wat kan iemand zelf doen om de gezondheid te verbeteren? De zorgverlener en patiënt bepalen samen wat iemand zelf (nog) kan doen en welke zorg nodig is bij het verbeteren van de gezondheid. De ernst van de aandoening of beperking kan zo groot zijn, dat medische zorg noodzakelijk is. Deze persoon is dan redelijkerwijs aangewezen op deze zorg. Toch is medische zorg niet altijd nodig om iemand te helpen. Als iemand ook andere mogelijkheden heeft om de gezondheid te verbeteren, is deze persoon niet redelijkerwijs aangewezen op zorg. Dan valt de zorg dus niet onder de verzekerde zorg. Dit moet aan bod komen in het gesprek tussen de zorgverlener en de patiënt.
Inhoud van het basispakket
Het Nederlandse basispakket is ruim en solidair opgezet. We betalen voor elkaars zorg. Er zitten behandelingen in het pakket die u misschien niet nodig heeft. Ouderen betalen mee aan de kraamzorg voor jonge moeders. En zij betalen weer mee aan de kosten van specialistische zorg die oudere mensen vaker nodig hebben. En dat geldt ook voor de zorg die u nodig hebt. Jonge moeders en ouderen betalen ook mee voor uw zorg die zij niet nodig hebben.
Het basispakket bevat veel verschillende vormen van zorg, geneesmiddelen en hulpmiddelen. Sommige zorg wordt gedeeltelijk vergoed, zoals fysiotherapie en mondzorg.
In het basispakket zitten verschillende vormen van zorg. Voor elke zorgvorm gelden specifieke voorwaarden, beperkingen of uitsluitingen. Sommige vormen van zorg worden bijvoorbeeld gedeeltelijk vergoed.
De volgende vormen van zorg zitten in het basispakket:
Huisartsenzorg
Medisch-specialistische zorg
Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg
Verloskundige zorg
Zintuiglijk gehandicaptenzorg
Zorg bij stoppen-met-rokenprogramma
Geriatrische revalidatie
Paramedische zorg, daaronder valt fysiotherapie, oefentherapie, logopedie, ergotherapie en diëtetiek
Zorg wordt vergoed uit het basispakket, zodra zorgpartijen het erover eens zijn dat deze zorg effectief is. Dat betekent dat kan worden aangenomen dat de zorg werkt en voldoet aan de 'stand van de wetenschap en praktijk'. Het is belangrijk dat de zorg steeds aansluit bij de meest actuele ontwikkelingen en inzichten in de medische wetenschap. Daarom is het basispakket in de wet open omschreven. Dat houdt in dat het basispakket geen gedetailleerde lijst met behandelingen bevat, maar een aantal criteria waaraan zorg moet voldoen om vergoed te mogen worden.
Zorg wordt vergoed uit het basispakket, zodra zorgpartijen het erover eens zijn dat deze zorg effectief is. De zorg in het basispakket is in de wet open omschreven. Een voordeel van de open omschrijving is dat nieuwe behandelmethodes die voldoende bewezen effectief zijn snel in het basispakket komen. En dat verouderde behandelmethodes of behandelmethodes die geen meerwaarde hebben niet meer uit het basispakket vergoed worden. Het systeem waar niet standaard een toetsing (beoordeling) wordt gedaan door de overheid voor toelating tot de basisverzekering, noemen we het open pakket.
Ongeveer 90% van de verzekerde zorg behoort tot dit open gedeelte van het basispakket.
Zorgpartijen bepalen wat precies wordt vergoed
Partijen in de zorg bepalen grotendeels zelf welke zorg uit de basisverzekering wordt vergoed. Die partijen zijn de beroepsgroepen, patiëntenorganisaties en de zorgverzekeraars. Ook bepalen deze partijen samen wat goede zorg is. Dit leggen ze vast in richtlijnen en (kwaliteits)standaarden.
Ruimte voor interpretatie
De open omschrijving laat ruimte voor interpretatie: soms is niet duidelijk of bepaalde zorg wel of niet uit het basispakket vergoed moet worden. Of voor welke patiënten de zorg precies vergoed moet worden. In eerste instantie bepaalt de zorgverzekeraar of gedeclareerde zorg daadwerkelijk binnen de Zorgverzekeringswet valt en dus vergoed mag worden.
Standpunt van Zorginstituut bij onduidelijkheid
Als onduidelijk is of een bepaalde behandeling uit het basispakket vergoed moet worden, dan kan het Zorginstituut daarover een uitspraak doen. Het Zorginstituut kan dan besluiten om deze zorg te beoordelen. We noemen dit een duiding. Duiden wil zeggen dat wordt getoetst of de zorg voldoet aan de stand van de wetenschap en praktijk. De uitkomst van een duiding heet een standpunt. In het standpunt staat of de zorg wel of niet uit het basispakket mag worden vergoed.
Bij het innemen van een standpunt oordeelt het Zorginstituut over de toegevoegde waarde van een behandeling. Met andere woorden: wat is het effect van de behandeling voor de patiënt? En hoe groot is dat effect? Daarnaast wordt gekeken naar mogelijke bijwerkingen en de veiligheid van de behandeling. Het Zorginstituut beoordeelt de effectiviteit altijd voor een groep patiënten met dezelfde aandoening en dezelfde kenmerken, en niet per persoon.
Lees meer informatie over de beoordeling van zorg op:
Een klein deel van de zorg die wordt toegelaten tot het basispakket wordt altijd door het Zorginstituut getoetst. Dit noemen we het gesloten deel van het basispakket. De beoordeling leidt tot een pakketadvies aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) over het wel of niet vergoeden van de zorg uit het basispakket. De minister neemt vervolgens de beslissing om de zorg wel of niet te vergoeden.
Voor extramurale en dure specialistische geneesmiddelen
Het gesloten systeem geldt voor extramurale geneesmiddelen en voor sommige dure specialistische geneesmiddelen. Extramurale geneesmiddelen zijn geneesmiddelen die op recept verkrijgbaar zijn bij de apotheek. Dure specialistische geneesmiddelen zijn geneesmiddelen die onderdeel zijn van een medisch-specialistische behandeling in het ziekenhuis.
Striktere criteria voor beoordeling
Ook het gesloten deel van het pakket toetsen we aan de wettelijke criteria ‘plegen te bieden’ en ‘stand van de wetenschap en praktijk’. Maar we kijken strikter dan bij het open systeem. We kijken ook naar de pakketcriteria kosteneffectiviteit, noodzakelijkheid en uitvoerbaarheid.
De overheid is verantwoordelijk voor het gehele zorgstelsel en stelt vast aan welke kwaliteitseisen de zorg moet voldoen. Of de zorg aan deze kwaliteitseisen voldoet, beoordelen verschillende overheidsorganisaties. Bijvoorbeeld:
De Nederlandse Zorgautoriteit (Nza) controleert of zorgaanbieders, zorgverzekeraars en zorgkantoren zich aan de regels houden.
De Autoriteit Consument & Markt (Acm) controleert hoe de zorgaanbieders of zorgverzekeraars met elkaar samenwerken. En of zij genoeg rekening houden met de patiënten en verzekerden.
De Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd (Igj) controleert of iedereen in Nederland goede en veilige zorg en jeugdhulp krijgt. Daarnaast stimuleert Igj partijen om zorg te verbeteren.
De Zorgverzekeringswet wordt op een aantal manieren betaald.
Als u een inkomen hebt, dan betaalt u een inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zvw aan de overheid. Hoe hoog deze bijdrage is, hangt af van uw inkomen en op welke manier het inkomen tot stand komt. Uw inkomen kan bijvoorbeeld het volgende zijn:
loon
uitkering
pensioen
winst uit een onderneming.
Als uw inkomen bestaat uit loon, uitkering of pensioen wordt inkomensafhankelijke bijdrage automatisch ingehouden.
Als u 18 jaar of ouder bent, betaalt u zorgpremie aan de verzekeraar. U hoeft geen premie te betalen voor een kind dat jonger is dan 18 jaar. Uw kind is dan gratis verzekerd voor zorgkosten. U moet uw kind wel inschrijven bij een zorgverzekeraar.
In Nederland kunnen de premieverschillen voor de basisverzekering flink oplopen, afhankelijk van de verzekeraar en het type polis dat wordt aangeboden.
U betaalt de premie meestal maandelijks, maar u kunt ook jaarlijks betalen. U kunt dan een korting krijgen op de premie.
Een deel van de premie kunt u misschien betalen met de zorgtoeslag. Deze toeslag is ook in de wet opgenomen en is voor mensen die een laag of geen inkomen hebben. Of en hoeveel zorgtoeslag u krijgt, hangt af van uw inkomen en uw spaargeld.
Voor sommige zorg geldt ook een eigen bijdrage. U betaalt dan een deel van de zorg zelf. Dit kan een vast bedrag zijn, een percentage of een bijbetaling. Krijgt u zorg waarvoor naast het verplicht eigen risico ook een eigen bijdrage geldt? Dan betaalt u eerst de eigen bijdrage. Het bedrag dat overblijft, valt onder het verplichte eigen risico.
De overheid bepaalt hoe hoog de eigen bijdrage is en voor welke zorg deze eigen bijdrage geldt.
Voor de meeste zorg in het basispakket geldt het verplichte eigen risico. Dat is een bedrag dat u in een jaar zelf moet betalen voor de kosten die u maakt als u gebruikmaakt van zorg. Pas nadat u dit bedrag hebt betaald, wordt de zorg waarvoor een eigen risico geldt vergoed.
De overheid bepaalt ieder jaar hoe hoog het verplichte eigen risico is. Dit verplichte eigen risico gaat dan het nieuwe jaar in. In 2025 is het eigen risico € 385.
Niet alle zorg valt onder het verplichte eigen risico. Deze zorg valt bijvoorbeeld niet onder het verplichte eigen risico:
Het basispakket wordt betaald met geld uit het Zorgverzekeringsfonds (Zvf) en via de (nominale) premies die iedereen vanaf 18 jaar elke maand rechtstreeks aan de eigen zorgverzekeraar betaalt. Ongeveer 50% van alle zorg uit het basispakket wordt betaald via het Zorgverzekeringsfonds, dat gefinancierd wordt met de inkomensafhankelijke (werkgevers)bijdragen en belastingen. Deze worden samen opgebracht door werknemers, werkgevers, zelfstandig ondernemers en uitkeringsinstanties (inhoudingsplichtigen). De overheid betaalt daarnaast nog een rijksbijdrage voor jongeren tot 18 jaar. Zij hoeven nog geen premies, bijdragen en belastingen te betalen.
Compensatie vanwege acceptatieplicht
Zorgverzekeraars zijn verplicht iedereen te accepteren. Door de acceptatieplicht kan een zorgverzekeraar hogere zorgkosten krijgen als hij naar verhouding meer verzekerden heeft die veel zorg nodig hebben. Deze zorgverzekeraar ontvangt dan een financiële bijdrage vanuit het algemeen zorgverzekeringsfonds.
De verdeling van het geld uit het Zorgverzekeringsfonds onder zorgverzekeraars staat bekend als risicoverevening. De bijdrage die zorgverzekeraars van dit fonds krijgen is de vereveningsbijdrage.
Zorgverzekeraars hebben verschillende taken en plichten.
In eerste instantie bepaalt de zorgverzekeraar of gedeclareerde zorg binnen de Zorgverzekeringswet valt en dus vergoed mag worden.
De zorgverzekeraars moeten deze zorg inkopen. In hun inkoopbeleid moeten ze ervoor zorgen dat de zorg goed, betaalbaar en open is voor iedereen. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) houdt toezicht en controleert of de verzekeraars zich houden aan de normen, regels en voorwaarden zoals vermeld in de Zvw. Lees meer op de site van NZa.
Daarnaast hebben zorgverzekeraars een zorgplicht. Dat betekent dat zij moeten zorgen dat iedere verzekerde binnen een redelijke tijd en afstand de zorg kan krijgen die nodig is. Wat redelijk is, bepalen de zorgverzekeraars zelf. De zorgplicht is geregeld in artikel 11 van de Zorgverzekeringswet. Wat de zorgplicht inhoudt, staat beschreven in de Beleidsregel toezichtskader zorgplicht Zvw van de NZa.
Zorgverzekeraars hebben een acceptatieplicht. Als u zich bij een zorgverzekeraar wilt verzekeren voor de basisverzekering, dan mag de zorgverzekeraar u niet weigeren vanwege uw gezondheid, uw manier van leven of uw leeftijd.
De zorgpolis
De zorgverzekeraar beslist:
of de zorg die u vergoed wilt krijgen onder de zorgpolis valt
of u in aanmerking komt voor de zorg die u wilt, oftewel of u de zorg krijgt die u wilt
of u voldoet aan de eventuele overige voorwaarden van de zorgpolis.
Zorgpolis bepaalt welke rechten en plichten u hebt
In de zorgpolis staan uw rechten en plichten. In de zorgpolis kunnen de zorgverzekeraars het volgende vastleggen:
Wie levert de zorg en waar wordt de zorg geleverd.
Voorwaarden. Zo kan de zorgverzekeraar de eis stellen dat u voor sommige zorg eerst toestemming moet vragen (een machtiging). Of dat u eerst een verwijzing moet krijgen van bijvoorbeeld uw huisarts. Dit zijn zogenaamde toegangsvoorwaarden.
Soorten polissen
Zorgverzekeraars kunnen verschillende soorten polissen aanbieden. Er zijn 3 soorten polissen:
Bij een naturapolis is het de bedoeling dat u naar een zorgaanbieder gaat waarmee uw zorgverzekeraar een overeenkomst heeft. Dit is een gecontracteerde zorgaanbieder. De zorgverzekeraar betaalt de rekening voor de geleverde zorg rechtstreeks aan de zorgaanbieder.
Gaat u voor verzekerde zorg naar een zorgaanbieder waarmee uw zorgverzekeraar geen contract heeft? Dan vergoedt de zorgverzekeraar vaak maar een deel van de kosten. U moet dan meestal zelf de rekening van de zorgaanbieder betalen. De zorgverzekeraar betaalt daarna de rekening of een deel van de rekening aan u terug.
Met een restitutiepolis kunt u zelf kiezen naar welke zorgaanbieder u gaat. De zorgaanbieder heeft geen overeenkomst met de zorgverzekeraar. Maar in de zorgpolis kunnen wel voorwaarden staan waaraan een zorgaanbieder moet voldoen.
U moet meestal eerst zelf de rekening van de zorgaanbieder betalen. Vervolgens kunt u de rekening indienen bij de zorgverzekeraar. De zorgverzekeraar vergoedt dan de kosten of eventueel een deel daarvan aan de verzekerde. Soms hoeft u de rekening niet eerst zelf te betalen, maar doet de zorgverzekeraar dit rechtstreeks.
Een combinatiepolis is een combinatie tussen een naturapolis en een restitutiepolis. Zorgverzekeraars bieden allerlei verschillende mogelijkheden. De meeste zorgpolissen zijn combinatiepolissen.
Vrijwillige aanvullende verzekering
Niet alle zorg zit in het basispakket. Een verzekerde kan een aanvullende verzekering afsluiten voor zorg die niet in het basispakket zit. Bijvoorbeeld extra vergoeding voor een behandeling bij de tandarts of de fysiotherapeut.
Een zorgverzekeraar kan verschillende aanvullende verzekeringen aanbieden. De zorgverzekeraar bepaalt de inhoud, de voorwaarden en de vergoedingen van de aanvullende verzekering. Voor een aanvullende verzekering geldt geen acceptatieplicht. Dit betekent dat de zorgverzekeraar u mag weigeren vanwege uw gezondheid, uw manier van leven of uw leeftijd.
Bent u het niet eens met de zorg die u gekregen hebt? Met de vergoeding? Of hebt u problemen met hoe de Zorgverzekeringswet wordt geïnterpreteerd? Dan kunt u een klacht indienen.
Besluit een zorgverzekeraar een behandeling niet te vergoeden? En bent u het hiermee oneens? Dan kunt u de zorgverzekeraar vragen deze beslissing te herzien. Dat kan door een klacht in te dienen. Elke zorgverzekeraar heeft een klachtenregeling.
Klacht indienen bij de SKGZ
Komt u er samen niet uit? Dan kunt u een klacht indienen bij de Stichting Klachten en Geschillen (SKGZ). U kunt de SKGZ vragen voor:
Bemiddeling. De Ombudsman Zorgverzekeringen bemiddelt tussen u en de zorgverzekeraar.
Een uitspraak van de Geschillencommissie. SKGZ beoordeelt uw klacht en vraagt de zorgverzekeraar om op de klacht te reageren. Eventueel vindt er een bijeenkomst plaats waarbij u en de zorgverzekeraar vertellen wat er aan de hand is.
Hebt u een vraag of klacht over de kwaliteit van de zorg die u hebt gekregen? Neem dan contact op met het Landelijk Meldpunt Zorg. Dit meldpunt kan u informatie en advies geven. Het Landelijk Meldpunt Zorg lost geen klachten op, maar helpt u met het oplossen van de klacht, het beantwoorden van vragen en het geven van praktische tips.
De overheid wil dat iedereen goede zorg krijgt. Daarom heeft de overheid wettelijk vastgelegd wat goede zorg precies inhoudt. En wat er moet gebeuren als mensen een klacht hebben over de zorg. Dit staat in de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz). In de Wkkgz staat bijvoorbeeld dat een zorgaanbieder er moet voor zorgen dat u makkelijk een klacht kunt indienen.
Iedereen die in Nederland woont of werkt, is verplicht om een zorgverzekering te hebben. Zorginstituut Nederland is een overheidsorganisatie. Onze belangrijkste taak is zorgen dat het basispakket van de zorgverzekering alleen behandelingen vergoedt, waarvan vaststaat dat deze écht werken en passen bij wat de patiënt nodig heeft. Wij leggen uit welke zorg deel uitmaakt van het basispakket van de zorgverzekering. En we adviseren de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) over welke zorg wel of niet thuishoort in het basispakket. De minister neemt het uiteindelijke besluit of zorg wel of niet in het basispakket komt.
Een deel van de tekst op de website bevat een uitleg van de wet- en regelgeving in eenvoudige taal. Het Zorginstituut vindt het namelijk belangrijk om in begrijpelijke taal op zijn website te communiceren. Hoewel de tekst op de website met de grootst mogelijke zorgvuldigheid is opgesteld, kan het Zorginstituut niet garanderen dat de informatie op de website altijd correct en/of volledig is. Aan de tekst op de website kunnen daarom geen rechten worden ontleend. Het Zorginstituut aanvaardt ook geen aansprakelijkheid voor schade door onjuiste of onvolledige informatie op deze website. Ziet u fouten in de tekst of zijn er dingen onduidelijk, geef dat dan aan ons door via ons contactformulier.