Herbeoordeling PARP-remmers voor de behandeling van 4 typen kanker

Zorginstituut Nederland beoordeelt of de PARP-remmers nog steeds in aanmerking komen voor vergoeding uit het basispakket van de zorgverzekering. Deze groep medicijnen wordt gebruikt voor de behandeling van eierstokkanker, alvleesklierkanker, borstkanker en prostaatkanker. Voor een aantal indicaties wordt de behandeling met PARP-remmers vergoed uit het basispakket. Na opname in het basispakket zijn meer gegevens beschikbaar gekomen over de werkzaamheid. Het Zorginstituut beoordeelt met deze nieuwe resultaten voor welke indicaties PARP-remmers voldoende effectief zijn voor vergoeding vanuit het basispakket.

Herbeoordeling vanwege twijfels effectiviteit

PARP-remmers zijn nieuwe medicijnen tegen kanker, die voorkomen dat beschadigde tumorcellen zichzelf kunnen repareren. Daardoor gaan die kankercellen dood. De afgelopen jaren zijn er verschillende PARP-remmers tot het basispakket toegelaten na een positieve beoordeling door het Zorginstituut of zorgverzekeraars. Het gaat om: 

  • olaparib (Lynparza®) voor de behandeling van borstkanker, eierstokkanker, alvleesklierkanker en prostaatkanker
  • niraparib (Zejula®) voor de behandeling van eierstokkanker
  • talazoparib (Talzenna ®) voor de behandeling van borstkanker
  • rucaparib (Rubraca®) bij eierstokkanker (niet meer vergoed vanuit het basispakket).

Na opname in het basispakket is er meer bekend geworden over het effect van deze PARP-remmers op de overlevingskansen. Vanwege twijfel over de meerwaarde voor de patiënt van deze medicijnen doet het Zorginstituut deze herbeoordeling van alle PARP-remmers.

Aanpak

We kijken om te beginnen naar alle geregistreerde indicaties voor de verschillende PARP-remmers. Mogelijk besluiten we op een later moment te focussen op een beperkt aantal aandoeningen. 

Momenteel lopen ook nog steeds individuele beoordelingen van PARP-remmers, namelijk:

Daarnaast zijn in 2024 individuele beoordelingen afgerond van:

Bij de herbeoordeling van alle PARP-remmers zullen we aansluiten op de bevindingen uit deze individuele beoordelingen. Deze geneesmiddel-indicatiecombinaties worden niet opnieuw beoordeeld.

Pakketagenda

Herbeoordeling dure geneesmiddelen staat op de pakketagenda passende zorg 2023-2025. Zorginstituut Nederland heeft samen met vertegenwoordigers van zorgprofessionals, cliënten en zorgverzekeraars een pakketagenda opgesteld. Hierop staan onderwerpen die passende zorg moeten bevorderen en niet-passende zorg moeten tegengaan. Dat is zorg die niet effectief is voor de patiënt. De verwachte winst zit vooral in betere inzet van schaars beschikbare personeel. Dat heeft een positief effect op de houdbaarheid en toegankelijkheid van de zorg. Ook de uitvoering van de pakketagenda wordt samen gedaan. Dit is afgesproken in het Integraal Zorgakkoord (IZA).

Lees meer over pakketagenda passende zorg 2023-2025.

Voor informatie

Voor informatie over deze herbeoordeling kunt u een e-mail sturen naar:

Hedy Maagdenberg
E-mail: warcg@zinl.nl

Planning

Planning tot aan publicatie rapport
Stap in het proces Datum
Start herbeoordeling januari 2024
Overleg met Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties (NFK), Nederlandse Vereniging voor Medische Oncologie (NVMO) en Zorgverzekeraars Nederland (ZN) 7 mei 2024
Bespreking in de Wetenschappelijke Adviesraad (WAR) 16 september 2024
Start consultatie uiterlijk 7 oktober 2024
Publicatie rapport januari 2025

Betrokken partijen

  • Nederlandse Vereniging voor Medische Oncologie (NVMO)
  • Nederlandse Vereniging voor Urologie (NVU)
  • Nederlandse Vereniging voor Pathologie (NVVP)
  • Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties (NFK)
  • Zorgverzekeraars Nederland (ZN)
  • Registratiehouders van betrokken geneesmiddelen (Pfizer, AstraZeneca, Janssen-Cilag, GlaxoSmithKline en pharma&)