Standpunt blaasvloeistoffen met chondroïtinesulfaat en/of hyaluronzuur
Een zorgverzekeraar heeft het Zorginstituut (voorheen CVZ) gevraagd te beoordelen of blaasinstillatie met blaasspoelvloeistoffen waaraan chondroïtinesulfaat en/of hyaluronzuur is toegevoegd, voldoet aan 'de stand van de wetenschap en de praktijk' bij de behandeling van interstitiële cystitis en andere vormen van chronische cystitis.
De conclusie van het Zorginstituut is dat er geen bewijs van voldoende kwaliteit is om de behandeling van interstitiële cystitis en andere vormen van chronische cystitis met blaasspoelvloeistoffen waaraan chondroïtinesulfaat en/of hyaluronzuur is toegevoegd. De behandeling voldoet daarmee niet aan 'de stand van de wetenschap en de praktijk' en daarmee wordt het niet vergoed uit het basispakket.
Blaasinstillatie met blaasspoelvloeistoffen vindt – afhankelijk van de indicatie – zowel in het ziekenhuis plaats als in de thuissituatie. Reguliere blaasspoelvloeistoffen – zijnde medische hulpmiddelen – zijn als te verzekeren prestatie opgenomen onder de hulpmiddelenzorg. Het gaat daarbij om oplossingen van 0,9% NaCl en aanzurende middelen (citroenzuur/magnesiumcitraat). Blaasspoelvloeistoffen, waaraan chondroïtinesulfaat en/of hyaluronzuur zijn toegevoegd, zijn eveneens als medisch hulpmiddel op de markt gebracht. Deze blaasspoelvloeistoffen zijn veel duurder dan reguliere spoelvloeistoffen en worden – bij toepassing in de thuissituatie – vergoed door de zorgverzekeraars via de G-standaard
van de Z-index. De belangrijkste indicatie voor blaasspoelingen met deze vloeistoffen is interstitiële cystitis, maar ze kunnen ook worden toegepast voor de behandeling van andere vormen van chronische cystitis, zoals chemotherapie- en
radiatie geïnduceerde cystitis, recidiverende bacteriële cystitis en ook voor het overactieve blaassyndroom. De spoelvloeistof wordt via een tijdelijke katheter gedurende 30 minuten tot 2 uur in de blaas achter gelaten. De behandeling vindt in eerste instantie wekelijks gedurende 4 tot 6 weken plaats en kan vervolgens maandelijks voor een langere periode worden herhaald.
Conclusie
Uit de ‘Achtergrondrapportage beoordeling stand van de wetenschap en praktijk van blaasvloeistoffen met chondroïtinesulfaat en/of hyaluronzuur’ blijkt dat in de literatuur geen bewijs van voldoende methodologische kwaliteit beschikbaar is, om instillatie therapie met vloeistoffen met chondroïtinesulfaat en/of hyaluronzuur als effectieve behandeling voor interstitiële cystitis en andere vormen van chronische cystitis te beschouwen. Daarom voldoet blaasinstillatie met spoelvloeistoffen met chondroïtinesulfaat en/of hyaluronzuur, naar het oordeel van het CVZ, niet aan 'de stand van de wetenschap en praktijk'.
Nu blaasinstillatie met spoelvloeistoffen met chondroïtinesulfaat en/of hyaluronzuur niet voldoet aan de stand van de wetenschap en praktijk, is deze behandeling op dit moment geen te verzekeren prestatie (basisverzekering).