Onderzoeksrapport Trimbos-instituut over leernetwerken in de ggz

Hoe kunnen zorgprofessionals in de ggz samen leren om de kwaliteit van zorg te verbeteren, zodat cliënten meer passende zorg ontvangen? Onderzoeksbureau Trimbos-instituut heeft in opdracht van Zorginstituut Nederland een onderzoek uitgevoerd om meer inzicht te creëren in lerende netwerken in de ggz.

Aanleiding: leren en verbeteren in lerende netwerken om de kwaliteit van zorg te verbeteren

Zorginstituut Nederland en veldpartijen in de ggz willen de beweging naar passende zorg stimuleren. Samen leren en verbeteren vormt een belangrijke schakel in deze beweging. Het Landelijk Kwaliteitsstatuut ggz (LKS) vraagt behandelaren om deel te nemen aan lerende netwerken. De aanname is dat door te leren en verbeteren in lerende netwerken de kwaliteit van zorg omhoog gaat. Dit kan zorgverleners inspireren, wat leidt tot betere zorg. Het Trimbos-instituut heeft onderzocht wat er nodig is leren en verbeteren tussen zorgprofessionals onderling én samen met te bevorderen. Zodat zorgprofessionals elkaars ontwikkelingen op grotere schaal kunnen gebruiken. Het doel is om de kwaliteit van de zorg te verbeteren en zorg meer passend te maken.

Samenvatting van het rapport

Het Trimbos-instituut heeft 25 interviews afgenomen bij 19 verschillende ‘lerende praktijken’ in de ggz. Het onderzoek onderscheidt zes 6 typen leernetwerken in de ggz met een grote verscheidenheid in vorm, opzet, doelstelling en aanpak. Het onderzoek toont aan dat er geen eenduidige succesformule bestaat voor een lerend netwerk. Maar wel is voor ieder lerend netwerk een aantal wezenlijke elementen van belang:    

  1. Leren vanuit intrinsieke motivatie werkt het best. Probeer betrokkenen positief te prikkelen.
  2. Het is van belang om alle lagen van de organisatie goed te betrekken bij een leernetwerk.
  3. Verplichtingen kunnen de motivatie ondersteunen om aan kwaliteitsverbetering te werken.
  4. Het leernetwerk is niet heilig en moet geen doel op zich worden. Anders gezegd: sommige leernetwerken hebben ook een houdbaarheidsdatum, het leernetwerk is een instrument om een doel te behalen. Is het doel behaald, dan kan het leernetwerk stoppen. Vier behaalde successen ook!
  5. Een leernetwerk moet een heldere structuur hebben.
  6. Om een leernetwerk te verbreden, moet er regionaal en landelijk overzicht zijn van bestaande lerende netwerken om zich aan te verbinden.
  7. Een combinatie van praktijkervaring, kwalitatieve en kwantitatieve data lijkt  de beste basis te bieden voor het leren.

Project ‘Leren en verbeteren’

Het onderzoeksrapport is onderdeel van het project ‘Leren en verbeteren’. Dat is een initiatief van verschillende branche- en beroepsgroepen, patiëntenverenigingen en zorgverzekeraars (Akwa ggz, de Nederlandse ggz, LVVP, MIND, NIP, NVvP, P3NL en ZN). Het doel is om het leren en verbeteren dat in diverse lagen binnen de ggz plaatsvindt, op te schalen en transparanter te maken. Zo kunnen zorgprofessionals op grote schaal leren van elkaars ontwikkelingen. Dit is belangrijk, omdat het zorgverleners en zorgaanbieders inspireert en motiveert om de kwaliteit van de zorg te verbeteren en meer passend te maken. Het project komt voort uit het Hoofdlijnenakkoord ggz (2019-2022). Daarin hebben de betrokken partijen met elkaar afgesproken om meer kwaliteitstransparantie te creëren. Het Zorginstituut heeft een procesmatige en faciliterende rol bij het project. We ondersteunen veldpartijen en stimuleren en bewaken de voortgang van het project. De inhoudelijke expertise is aan het veld.