GVS-advies tirzepatide (Mounjaro®) voor de behandeling van patiënten met diabetes mellitus type 2 zonder zeer hoog risico op hart- en vaatziekten
Zorginstituut Nederland heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) geadviseerd om tirzepatide (Mounjaro®) te vergoeden uit het basispakket van de zorgverzekering. Dit medicijn kan worden gebruikt voor de behandeling van bepaalde patiënten met diabetes mellitus type 2. Dit is de medische term voor suikerziekte. De minister heeft dit advies inmiddels overgenomen en tirzepatide opgenomen op bijlage 1A en bijlage 2 van het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS).
Update september 2023: tirzepatide (Mounjaro®) onder voorwaarden vergoed vanaf 1 oktober 2023
De minister van VWS heeft besloten het advies van het Zorginstituut over te nemen en tirzepatide (Mounjaro®) op te nemen op bijlage 1A van het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). Ook gelden er bijlage 2-voorwaarden. Het medicijn wordt vanaf 1 oktober 2023 vergoed uit het basispakket van de zorgverzekering.
Lees het besluit van de minister in de Staatscourant.
Indicatie waarvoor vergoeding is aangevraagd
Tirzepatide wordt gebruikt om het bloedsuiker te verlagen. Tirzepatide zorgt ervoor dat de hoeveelheid insuline na een maaltijd beter op peil is en dat het lichaam minder suiker vrij zet. Patiënten krijgen het middel als aanvulling op dieet en lichaamsbeweging.
Advies van het Zorginstituut
Het Zorginstituut adviseert de minister van VWS om tirzepatide op te nemen op bijlage 1A van het GVS in het cluster 0A10BXAP V, met een standaarddosis van 0,71 mg per dag. Daarnaast adviseren wij ook om tirzepatide op bijlage 2 van het GVS te plaatsen, met daarbij dezelfde voorwaarden als de overige geneesmiddelen in het cluster.
Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS)
Tirzepatide (Mounjaro®) is een extramuraal geneesmiddel. Extramurale geneesmiddelen zijn medicijnen voor thuisgebruik, die op recept van een arts verkrijgbaar zijn bij de apotheek. Ze worden alleen vergoed uit het basispakket van de zorgverzekering als ze in het GVS staan. De hoogte van de vergoeding hangt af van de lijst waarop ze staan. Onderling vervangbare geneesmiddelen worden geclusterd op bijlage 1A. Hiervoor kan een vergoedingslimiet gelden. Unieke geneesmiddelen komen op bijlage 1B. Hiervoor geldt geen vergoedingslimiet. Er kunnen ook nadere voorwaarden gelden voor vergoeding. Dan komt een medicijn ook op bijlage 2.
De Wetenschappelijke Adviesraad (WAR) adviseert het Zorginstituut bij de beoordeling. Op basis van de beoordeling stuurt het Zorginstituut een advies aan de minister van VWS. De minister neemt de uiteindelijke beslissing om het medicijn wel of niet te vergoeden uit het basispakket van de zorgverzekering.
Bekijk het filmpje voor meer uitleg over hoe wij de beoordeling van geneesmiddelen aanpakken.
Iedereen in Nederland betaalt mee aan de gezondheidszorg. Zorginstituut Nederland waakt erover dat die zorg goed én betaalbaar blijft.
Komt er bijvoorbeeld een nieuw medicijn op de markt, dan beoordelen wij of het vergoed moet worden uit het basispakket. We geven daarover advies aan de minister voor Medische Zorg.
Die beoordeling gaat zo:
Als een medicijn is goedgekeurd kan de fabrikant een aanvraag bij ons doen voor toelating tot het basispakket. Zodra we alle informatie en wetenschappelijke onderzoeken hebben ontvangen, gaan we aan de slag.
We beantwoorden vragen als:
- Hoe ernstig is de ziekte?
- Hoe goed werkt het medicijn?
- Bij welke groep patiënten?
- En, wat kost het ten opzichte van wat het oplevert voor de patiënt?
Als er al een medicijn voor de ziekte is, dan vergelijken we ze met elkaar.
Soms blijkt tijdens de beoordeling dat er onzekerheid is over hoe lang de ziekte wegblijft. Of dat het niet bij alle patiënten lijkt te werken. We adviseren dan over wie het medicijn moet krijgen.
Soms is het medicijn heel duur. Vergoeding hiervan kan dan ten koste gaan van zorg voor andere patiënten. We adviseren dan om over de prijs te onderhandelen.
Bij de beoordeling betrekken we patiëntenorganisaties, dokters en zorgverzekeraars. En we krijgen advies van twee onafhankelijke commissies:
de Wetenschappelijke Adviesraad en de Adviescommissie Pakket.
We wegen alle feiten en onzekerheden tegen elkaar af in ons advies. De minister besluit uiteindelijk of het medicijn vergoed wordt uit het basispakket.
Zo besteden we het geld voor de zorg, waar iedereen aan meebetaalt, aan goede medicijnen die het geld waard zijn.