Zorginstituut start project Regie op Registers voor dure geneesmiddelen
Steeds vaker worden dure specialistische geneesmiddelen op de markt toegelaten terwijl er nog onzekerheid is over hun (kosten)effectiviteit, de juiste plaatsbepaling in de behandeling of de juiste indicatiestelling. Deze middelen stromen echter vaak automatisch het basispakket in, terwijl het kan gaan om niet uitontwikkelde producten, waar wel een volwaardige prijs voor wordt berekend. Het Zorginstituut start daarom met het project ‘Regie op Registers voor dure geneesmiddelen’. Doel is om uitkomsten van de behandeling met nieuwe medicijnen in de praktijk te kunnen meten. Hierbij gaat het onder meer om regie op het structureel vastleggen van informatie uit de klinische praktijk in deze registers.
Effectieve zorg
Om de beste zorg voor de beste prijs te garanderen, wil het Zorginstituut bevorderen dat enerzijds nieuwe innovatieve geneesmiddelen snel aan de juiste patiënten kunnen worden aangeboden, terwijl anderzijds dure geneesmiddelen kunnen worden beperkt tot alleen patiënten voor wie de behandelingen effectief zijn. Door de ontwikkelingen rondom dergelijke geneesmiddelen groeit de behoefte om de effectiviteit, de kosteneffectiviteit en (bij)werkingen in de praktijk goed te blijven volgen. Dit is van belang om de kwaliteit van de zorg voor de patiënt te blijven verbeteren en de houdbaarheid van ons systeem te bewaken. Daarom zal structureel informatie uit de klinische praktijk moeten worden vastgelegd om de uitkomsten van een behandeling met een nieuw en duur geneesmiddel te kunnen meten. Via patiënt- of aandoeningenregistraties kan deze informatie in de praktijk verzameld worden.
Regie op registraties
De minister voor Medische Zorg vroeg het Zorginstituut om een uitvoeringstoets waarin zowel de behoeften en ambities bij veldpartijen als die van het Zorginstituut worden gediend. Enerzijds dus de behoeften bij partijen in het veld, zoals artsen, onderzoekers en patiënten, om de effecten van deze geneesmiddelen beter te kunnen volgen. Anderzijds de kennisbehoefte van het Zorginstituut om gegevens uit de praktijk te kunnen gebruiken voor het pakketbeheer. Het is daarbij niet van belang of deze geneesmiddelen bij de start van instroom in het pakket wel of niet beoordeeld zijn, maar gaat het eerst en vooral te komen tot dergelijke, meer uniforme registraties.
Veel nationale en internationale partijen zijn actief bezig met dergelijke registraties. In de praktijk vindt de ontwikkeling van patiëntenregistraties ten behoeve van de monitoring van gebruik en (kosten)effectiviteit van dure geneesmiddelen echter versnipperd plaats. Een structurele, uniforme, aanpak voor dit specifieke doel komt niet vanzelf tot stand. Belangrijk onderdeel van dit project is dat het Zorginstituut nadrukkelijk zal aansluiten bij andere initiatieven, en zijn activiteiten zal afstemmen op de uitkomsten hiervan. Om hier voldoende ruimte voor te maken, zal het project gefaseerd en in nauwe afstemming met relevante partijen uitgevoerd worden.