Brief aan VWS over Landelijk indicatieprotocol protonentherapie longcarcinoom
Protonentherapie behoort bij het indicatiegebied longcarcinoom tot de te verzekeren prestaties van de Zorgverzekeringswet (Zvw). De beroepsgroep van radiotherapeuten heeft voor de selectie van patiënten het Landelijk indicatieprotocol protonentherapie longcarcinoom vastgesteld. Het Zorginstituut heeft dit protocol op hoofdlijnen getoetst en geconcludeerd dat het protocol op zorgvuldige en transparante wijze en met adequate onderbouwing van keuzes is opgesteld. Als een behandelaar-radiotherapeut met toepassing van dit protocol heeft geconcludeerd dat voor de individuele patiënt een relevant klinisch voordeel is te verwachten van protonentherapie in vergelijking met state-of-the-art fotonentherapie, dan mag de zorgverzekeraar van de betreffende patiënt ervan uitgaan dat deze is aangewezen op protonentherapie en voor vergoeding daarvan in aanmerking komt. Het Zorginstituut heeft de minister voor Medische Zorg van zijn bevindingen op de hoogte gebracht.
Protonentherapie bij longcarcinoom
Radiotherapie met behulp van protonen is een nieuwe techniek van bestraling die ten opzichte van conventionele technieken met fotonen mogelijk minder schade aan omringende weefsels tot gevolg heeft. Dergelijke schade doet zich vaak pas op zeer lange termijn voor. Het Zorginstituut heeft eerder geconcludeerd dat protonentherapie bij onder meer het indicatiegebied longcarcinoom tot de te verzekeren prestaties van de Zorgverzekeringswet behoort. Zie hiervoor het standpunt 'Protonentherapie: Indicaties voor protonentherapie - Model-based indicaties: Hoofd-halstumoren, Mammacarcinoom, Longcarcinoom en Prostaatcarcinoom'.
In juni 2019 heeft de Nederlandse Vereniging voor Radiotherapie en Oncologie (NVRO) het Landelijk indicatieprotocol protonentherapie longcarcinoom vastgesteld. Daarin staat beschreven hoe de behandelend radiotherapeut de patiënten kan selecteren voor wie van protonenbestraling een klinisch relevant voordeel is te verwachten. In het indicatieprotocol heeft de NVRO ook beargumenteerd dat voor een aantal andere intra-thoracale tumoren (dan primair longcarcinoom) dezelfde schade/toxiciteit na bestraling kan optreden en dat daarop de voor longcarcinoom geldende predictiemodellen van toepassing zijn. Dit protocol is gepubliceerd op de website van de NVRO.
Het Zorginstituut heeft het Landelijk indicatieprotocol protonentherapie longcarcinoom op hoofdlijnen getoetst. Het Zorginstituut is van mening dat op zorgvuldige en transparante wijze en met adequate onderbouwing van keuzes het indicatieprotocol is opgesteld. Als een behandelaar-radiotherapeut met toepassing van dit protocol heeft geconcludeerd dat voor de individuele patiënt een relevant klinisch voordeel is te verwachten van protonentherapie in vergelijking met state-of-the-art fotonentherapie, dan mag de zorgverzekeraar van de betreffende patiënt ervan uitgaan dat deze is aangewezen op protonentherapie en voor vergoeding daarvan in aanmerking komt. Het Zorginstituut heeft de minister voor Medische Zorg van zijn bevindingen op de hoogte gebracht.
Verdere informatie over protonentherapie is te vinden de pagina 'Protonentherapie'.